Categorieën
Verhalen van een Amsterdams leven

25 jaar geleden

Als je dochter 25 wordt dan ben je in de fase waarin je afspraken met haar maakt. Koffietje, hapje eten, naar een voorstelling. Net als met een vriendin eigenlijk. Maar jij, de moeder, neemt bij de dochter meestal het initiatief, omdat ze altijd drukker leeft dan jij.

Zo begon ik dit verjaardagsblog voor de middelste te schrijven. Over de dingen die je gaandeweg niet meer ontleent aan het moederschap. Je dagritme. Je identiteit.
Maar toen gooide ik alle woorden weg en schreef:

Maanmeisje

Het was 30 januari 1999 en er hing een enorme volle maan. Locatie: de stille, winterse Brouwersgracht in Amsterdam, een etage pal boven de coffeeshop.
Er stopte in die nacht een auto met een opa en oma. Die slopen naar binnen en gingen zitten op de bank, klaar om de oudste dochter mee te nemen als die wakker zou worden. En er stopte nog een auto, met de andere oma die bij de bevalling aanwezig zou zijn. Zij liep meteen door naar de slaapkamer achterin – en de eerste oma volgde gewoon. Terwijl opa en de vriendin van de andere oma op de bank zaten in het donker, pufte verderop een moeder haar barensweeën weg. Twee grootmoeders stonden ernaast als wijze petemoeien.
Er was een nieuw zieltje dat haast had,  met een enorme, bijna boze kracht stortte ze zich zich op de wereld, ze had zoals dat heet ‘de helm op’, wat volgens sommigen zou betekenen dat ze paranormale krachten had.
Er was een opgetogen, trotse vader. Er waren tranen bij iedereen. Er was een zusje op de arm van de vader dat wakker werd en -helemaal niet jaloers- ‘hé baby’ zei.
Er was nog steeds die maan.

Er was een moeder. Er was een kind. En tussen hen een oerknal, glitter. Er was de maan die omlaag was gezakt en met haar licht alles omspande.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *